Inhoudsopgave

HOOFDSTUK I     ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK II     ORGANISATIE VAN DE COMPETITIE

HOOFDSTUK III     VOORWAARDEN VOOR DEELNAME AAN COMPETITIE

HOOFDSTUK IV     VERPLICHTINGEN DEELNEMENDE VERENIGINGEN

HOOFDSTUK V     TIJDENS DE COMPETITIE

HOOFDSTUK VII     RESULTATEN EN KAMPIOENSCHAP

HOOFDSTUK VIII     PROMOTIE-DEGRADATIE REGELING

HOOFDSTUK IX     WEDSTRIJDFUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK X     PROCEDURE AFGELASTINGEN

HOOFDSTUK XI     OVERTREDINGEN EN ADMINISTRATIEVE VERZUIMEN

HOOFDSTUK XII     PROTEST EN BEROEP

HOOFDSTUK XIII     DISPENSATIES

HOOFDSTUK XIV     SLOTBEPALINGEN

HOOFDSTUK I    ALGEMENE BEPALINGEN

1. Dit reglement is van toepassing op de JeugdcompetitieBondscompetitie.
2. Alle wedstrijden in de competitie dienen te worden gespeeld volgens de definities en bepalingen van het AWR en van dit reglement.
3. Alle partijen in een competitiewedstrijd dienen te worden gespeeld conform de geldende spelregels van badminton en waar nader bepaald in dit reglement conform de bijlagen bij de spelregels.
4. Voor (leden van) artikelen die uitsluitend gelden voor een specifiek onderdeelspecifieke divisie van de competitie, is dit aan het begin van het desbetreffende lid of artikel aangegeven.
5. Voor (leden van) artikelen waarvan dispensatie mogelijk is, is dit in de linker kantlijn van het desbetreffende lid of artikel met 'D' aangegeven.
6. De thuisspelende vereniging is verantwoordelijk voor de organisatie van de competitiewedstrijd zoals opgenomen in dit reglement.

1. Verenigingen zijn verplicht alle in het kader van de competitie te verrichten opgaven van gegevens digitaal te doen, zoals aangegeven in de Uitvoeringsregeling Digitale Communicatie Badminton Nederland-verenigingen.
2. Teamleiders, competitiefunctionarissen, competitiecontactpersonen en wedstrijdfunctionarissen zijn verplicht alle communicatie door hen gevoerd in het kader van het Competitiereglement digitaal te doen.
3. Alle correspondentie over de JeugdcompetitieBondscompetitie kan worden gestuurd naar jeugdcompetitie@badminton.nlcompetitie@badminton.nl.

HOOFDSTUK II    ORGANISATIE VAN DE COMPETITIE

1. De CW is verantwoordelijk voor de organisatie van de JeugdcompetitieBondscompetitie.
2. De competitieleiding bestaat tenminste uit een lid van de CW en een lid van het Bondsbureau.
3. Bij wedstrijden met landelijke Tv-uitzending heeft de CW de leiding bij de organisatie van de wedstrijd. De CW neemt in dit geval de verantwoordelijkheid voor de organisatie van de thuisspelende vereniging over. Er wordt in dat geval een wedstrijdleider door Badminton Nederland aangesteld.
4. Het Bondsbestuur neemt de aan hem toevallende besluiten betreffende de competitie nadat de CW is gehoord.

1. Een competitie bestaat uit één of meerdere divisies. Een divisie bestaan uit meerdere afdelingen.De Jeugdcompetitie bestaat uit twee fasen. Beide fasen bestaan uit één of meerdere categorieën. Een categorie in fase 2 bestaat uit twee subcategorieën. Elke categorie of subcategorie bestaat uit één of meerdere afdelingen. Fase 2 wordt per categorie gevolgd door een Nationaal Kampioenschap.
2. Eredivisie
   De Eredivisie bestaat uit acht standaardteams.
   Er wordt een hele competitie gespeeld, gevolgd door de finale voor het Landskampioenschap. In Fase 1 wordt een halve competitie gespeeld met maximaal 5 teams per afdeling.
   In Fase 2 wordt een hele competitie gespeeld met maximaal 6 teams per afdeling.
3. Eerste divisie
   De Eerste divisie bestaat uit één afdeling met acht standaardteams en één afdeling met acht tweede teams.
   Er wordt per afdeling een hele competitie gespeeld. De categorieën onderscheiden zich qua leeftijdsgrens, genderneutraliteit, aantal partijen per competitiewedstrijd, type shuttle, scoresysteem en grootte van het speelveld.
   

   categorie	leeftijd	genderneutraliteit	partijen	shuttle	scoresysteem	speelveld
   A	U19	nee	8	veren	regulier	regulier
   B-veren	U19	ja	8	veren	regulier	regulier
   B-nylon	U19	ja	8	nylon	regulier	regulier
   C	U19	ja	8	nylon	regulier	regulier
   D	U19	ja	6	nylon	regulier	regulier
   GOUD	U13	ja	6	nylon	alternatief	regulier
   ZILVER	U11	ja	6	nylon	alternatief	aangepast

4. Overige divisies
   Alle overige divisies bestaan uit meerdere afdelingen van ieder 8 teams.
   De Tweede divisie bestaat uit maximaal 4 afdelingen.
   De Derde divisie bestaat uit maximaal 8 afdelingen.
   De Vierde divisie bestaat uit maximaal 16 afdelingen.
   De Vijfde en Zesde divisie bestaan elk uit maximaal 32 afdelingen.
   In de overige divisies is het aantal afdelingen niet gelimiteerd.
   Er wordt per afdeling een hele competitie gespeeld, per divisie gevolgd door Nationale Kampioenschappen voor Competitieteams. In de categorieën Goud en Zilver wordt volgens de alternatieve spelregels voor een partij om 2 gewonnen games (“best of 3”) van 15 punten gespeeld:
   - Indien de stand 14-beiden wordt, wordt de game gewonnen door degene die het eerst een voorsprong van 2 punten bereikt.
   - Indien de stand 20-beiden wordt, wordt de game gewonnen door degene die het eerst het eenentwintigste punt scoort.
   - Zodra in de derde game de score van 8 punten is bereikt, wordt gewisseld van speelhelft.
5. In categorie Zilver is het speelveld aangepast, zoals aangeduid in de bijlage 1 bij dit Competitiereglement.

1. Wanneer twee of meer teams van dezelfde vereniging in dezelfde categoriedivisie zijn ingedeeld, worden deze zoveel mogelijk in verschillende afdelingen geplaatst.
2. Indien meer dan één team van een vereniging in dezelfde afdeling is ingedeeld, dienen deze teams zodanige speelsleutels te krijgen dat hun laatste onderlinge wedstrijd zo vroeg mogelijk in de competitie plaatsvindt.

1. De CW is belast met het opstellen van de competitie-indeling, dat wil zeggen het vullen van de divisiescategorieën en afdelingen met teams en het toewijzen van de speelsleutels.
2. De CW zal vóór 1 juli de competitie-indeling van Fase 1, inclusief duiding van de teams van zondagsverenigingen en de toewijzing van de speelsleutel per team, samenstellen en dit per rondschrijven bekend maken.
3. In dit rondschrijven zal tevens worden verwezen naar de geldende Lijst van Toegestane Shuttles, onder vermelding van de categorieën shuttles van deze lijst die voor de diverse divisiescategorieën van de Bondscompetitie zijn toegelaten.
4. In dit rondschrijven wordt de geldende lijst van zondagsverenigingen bijgevoegd, die uitkomen in de Bondscompetitie.
5. De CW kan na het vaststellen van de competitie-indeling nog wijzigingen daarin aanbrengen, zolang de eerste wedstrijd in de desbetreffende afdeling nog niet is gespeeld.

HOOFDSTUK III    VOORWAARDEN VOOR DEELNAME AAN COMPETITIE

1. Een speler die voor een vereniging in een competitiewedstrijd uitkomt die valt onder dit reglement, dient op dat moment:
   1. te zijn geregistreerd bij Badminton Nederland als lid van die bepaalde vereniging en te beschikken over een geldig bondsnummer bij die vereniging. Bepalend voor de registratie is de invoerdatum van de aanmelding in de online Ledenadministratie van Badminton Nederland.
   2. te voldoen aan de bepalingen van het AWR.
2. DVoor de Eredivisie geldt in aanvulling op lid 1 dat:
   1. een vastspeler van een team in de Eredivisie dient voor te komen op de opgave teamindeling genoemd in artikel 22. Daarna kunnen er geen vastspelers aan het team worden toegevoegd.
   2. een speler die na 31 augustus wordt aangemeld als lid van Badminton Nederland door de desbetreffende vereniging niet speelgerechtigd is voor de Eredivisie in dat wedstrijdseizoen.
3. Voor de Eerste divisie geldt in aanvulling op lid 1 dat:
   1. Een vastspeler van een team in de Eerste divisie dient voor te komen op de opgave teamindeling genoemd in artikel 22 of aan dat team te zijn toegevoegd conform artikel 35 mits deze toevoeging is ingekomen bij de CW vóór het begin van de tweede competitiehelft voor de Eerste divisie, dat is voor aanvang van speelronde 8. Een speler die niet voorkomt op de oorspronkelijke teamopgave is eerst speelgerechtigd als vastspeler van het team met ingang van het begin van de tweede competitiehelft.
   2. Een speler die na 31 augustus wordt aangemeld als lid van Badminton Nederland door de desbetreffende vereniging is eerst speelgerechtigd voor wedstrijden in de Eerste divisie die behoren tot de tweede competitiehelft. Een speler die niet is aangemeld als lid van Badminton Nederland door de desbetreffende vereniging vóór het begin van de tweede competitiehelft is niet speelgerechtigd voor wedstrijden in de Eerste divisie.
4. In aanvulling op lid 1 geldt dat een speler dient te voldoen aan de leeftijdsgrenzen zoals genoemd in artikel 5
5. DVoor de categorieën Goud en Zilver is het ten aanzien van de leeftijdsgrens mogelijk om bij de competitieleiding dispensatie aan te vragen voor een speler, die op de peildatum ten hoogste 1 jaar ouder is dan de toegestane leeftijd. Bij de dispensatieverlening wordt rekening gehouden met de beoogde speelsterkte per categorie. Per wedstrijd mag een team hooguit 1 dispensatiespeler opstellen.

1. DMocht een speler die in een wedstrijdseizoen voor een bepaalde vereniging is uitgekomen in het daaropvolgend seizoen niet voor deze vereniging willen uitkomen, dan dient de speler hiervan vóór 1 mei aan zijn huidige vereniging kennis te geven.
2. Indien niet voldaan is aan lid 1 en sprake is van weigering van toestemming door de huidige vereniging, kan de nieuwe vereniging in beroep gaan bij de CW.
3. Ere- en Eerste divisie
   1. Lid 1 is niet van toepassing op spelers die in het huidige wedstrijdseizoen vastspeler zijn van een team in de Ere- en Eerste divisie van de Bondscompetitie. Een dergelijke speler is slechts gerechtigd in het daaropvolgende wedstrijdseizoen voor een andere vereniging, in welke competitie dan ook, uit te komen, indien de toekomstige vereniging een transferformulier aan de CW heeft opgestuurd, waarin de speler aangeeft in het komende seizoen voor deze vereniging te willen uitkomen. De CW bevestigt de ontvangst van het transferformulier aan de speler en toekomstige vereniging, met een kopie aan de huidige vereniging. Hiermee is de transfer voltooid.
      Deze opgave dient na de laatste competitiewedstrijd van zijn team, maar uiterlijk op 15 mei op het Bondsbureau in te komen, en kan in deze periode slechts één keer worden gedaan.
   2. Indien een dergelijke opgave niet uiterlijk op 15 mei is ingekomen, mag de speler in het daaropvolgende seizoen voor een andere vereniging uitkomen wanneer zijn huidige vereniging per elektronisch document toestemming heeft verleend. Deze toestemming dient door de huidige vereniging met een kopie aan de speler aan de CW te worden gestuurd en dient niet later dan 1 september op het Bondsbureau in te komen. Bij het weigeren van toestemming dient de CW door de huidige vereniging met een kopie aan de speler vóór 1 september onder vermelding van redenen te worden geïnformeerd en zal de CW voor aanvang van de competitie een bindende beslissing omtrent de transfer nemen.
   3. In afwijking van lid 3a is een vastspeler van een team, dat door de desbetreffende vereniging is teruggetrokken uit de Ere- en Eerste divisie van de Bondscompetitie, gerechtigd de in lid 3a genoemde opgave te doen met als uiterste datum de datum van het indienen van de spelersopgave voor de competitie door de vereniging, zoals vermeld in artikel 22.
4. Mocht een speler die in Fase 1 voor een bepaalde vereniging is uitgekomen in Fase 2 voor een andere vereniging willen uitkomen, dan dient de speler hiervoor toestemming van de huidige vereniging te krijgen.
5. Bij weigering van toestemming door de huidige vereniging kan de nieuwe vereniging in beroep gaan bij de CW.

HOOFDSTUK IV    VERPLICHTINGEN DEELNEMENDE VERENIGINGEN

1. De naamgeving van de teams moet voldoen aan de bepalingen zoals deze zijn vastgelegd in:
   - Algemeen Reglement, artikel 3, lid 3 sub j en sub k
   - Algemeen Wedstrijdreglement, artikel 22
2. Een team van een vereniging wordt aangeduid met de naam van de vereniging waarvoor dat team uitkomt, gevolgd door het teamnummer, tenzij het volgende lid 3 van toepassing is.
3. In gevallen waarin de naam van een vereniging geen sponsornaam bevat, is het mogelijk in de aanduiding van een team een sponsornaam op te nemen als onderdeel van de teamnaam. In de aanduiding van een team mag slechts één sponsornaam voorkomen. Het is toegestaan om voor verschillende teams verschillende sponsoren te hebben.
4. De naam van de sponsor dient direct vóór de verenigingsnaam te worden geplaatst. Het teamnummer sluit de aanduiding van het team.
5. Een aanvraag tot een sponsornaam is het hele jaar mogelijk.
6. De CW beoordeelt de aanvraag en na goedkeuring zal de sponsornaam worden toegevoegd aan het team. Bij afkeuring zal de CW de vereniging berichten met de reden van afkeuring.
7. Bij het in behandeling nemen van verzoeken tot naamkoppeling conform lid 4 zijn de in het Algemeen Reglement artikel 3, lid 3 sub j genoemde criteria voor weigering van toepassing.
8. Naamkoppeling conform lid 4 van dit artikel is geldig gedurende het gehele wedstrijdseizoen.
9. Bij het wijzigen van naamkoppeling conform lid 4 dient een nieuw verzoek te worden ingediend bij de CW. Bij beëindiging van naamkoppeling conform lid 4 volstaat een melding aan de CW. Elke wijziging in de aanduiding van teams wordt effectief met ingang van het wedstrijdseizoen van het jaar waarin het verzoek tot wijziging, of de melding van beëindiging wordt gedaan.

1. Ere- en Eerste divisie
   Indien een vereniging een team uit de Bondscompetitie van het volgend seizoen wil terugtrekken, dient zij voor het einde van de inschrijftermijn een met redenen omkleed verzoek bij de CW per e-mail in te dienen.
   Overige divisies
   Bij terugtrekking van een team na publicatie van de competitie op badmintonnederland.toernooi.nl dient de vereniging bij de CW per e-mail een verzoek in te dienen, onder vermelding van de reden van terugtrekking van het betreffende team.
   Bij het indienen van een verzoek tot terugtrekking zoals bedoeld in lid 1 wordt de procedure gevolgd als verwoord in lid 2 t/m 6.
2. De CW bevestigt de ontvangst van het verzoek en doet binnen twee weken uitspraak.
3. De CW neemt bij de uitspraak in overweging of er sprake is van bijzondere omstandigheden die terugtrekking uit de Bondscompetitie noodzakelijk maken.
4. Indien de CW akkoord gaat met terugtrekken van het team, wordt aan de vereniging het inschrijfgeld in rekening gebracht.
5. Als een vereniging een verzoek tot terugtrekking na aanvang van de Bondscompetitie stuurt, zal indien de CW akkoord gaat met de terugtrekking van het team het inschrijfgeld in rekening worden gebracht, alsmede een geldboete. Tevens vervalt voor de vereniging de desbetreffende plaats in de Bondscompetitie.
6. De CW vult zo mogelijk de opengevallen plaats in op basis van het artikel 67 “Opvulling opengevallen plaatsen”. Opvulling kan uitsluitend plaatsvinden als in desbetreffende afdeling nog geen wedstrijden zijn gespeeld.

1. Een vereniging die aan de BondsJeugdcompetitie deelneemt, dient in de competitieapplicatie de vastspelers per team in te vullen. Deze opgave dient 2 weken vóór het begin van de Jeugdcompetitie te zijn ingevoerd in de competitieapplicatie. De teamopgave geldt voor zowel Fase 1 als Fase 2 van de Jeugdcompetitie.
2. De vereniging mag elke speler voor ten hoogste één team in gelijklopende competities als vastspeler opgeven
3. De vereniging dient ervoor te zorgen dat de spelers vermeld op de opgave alsmede de wijzigingen daarop voldoen aan de bepalingen van artikel 16 en artikel 23 inzake gerechtigde spelers.
4. Bij het voor 1 augustus doen van een voorlopige teamopgave in de competitieapplicatie kan deze opgave worden getoetst door de Jeugdcompetitieleiding. Bij het na 1 augustus doen van een niet getoetste teamopgave, kan indeling in de ingeschreven categorie niet worden gegarandeerd.

1. Eredivisie
   De opgave van vastspelers voor teams spelende in de Eredivisie dient te bestaan uit minimaal 3 mannen en 3 vrouwen. In categorie A bestaat een team minimaal uit 2 jongens en 2 meisjes. De jongens spelen de mannenpartijen, de meisjes spelen de vrouwenpartijen, de gemengddubbelpartijen worden gespeeld door een jongen en een meisje.
2. Eerste t/m Negende divisie
   De opgave van vastspelers voor teams spelende in de Eerste t/m Negende divisie dient te bestaan uit minimaal 2 mannen en 2 vrouwen. In categorie B en categorie C bestaat een team uit minimaal 4 vastspelers. Dit kunnen zijn:
   - 4 jongens
   - 4 meisjes
   - 3 jongens en 1 meisje
   - 3 meisjes en 1 jongen
   - 2 jongens en 2 meisjes
3. DMannendivisies
   De opgave van vastspelers voor teams spelende in de Mannendivisies dient te bestaan uit minimaal 4 mannen. Op verzoek van een vereniging kan de competitieleiding per team dispensatie verlenen voor het opgeven van 1 vrouw als vastspeler. In categorie D, categorie Goud en categorie Zilver bestaat een team uit minimaal 3 vastspelers. Dit kunnen zijn:
   - 3 jongens
   - 3 meisjes
   - 2 jongens en 1 meisje
   - 2 meisjes en 1 jongen

1. Elke vereniging die uitkomt in de Bondscompetitie stelt een competitiecontactpersoon (CCP) aan.
   1. De CCP onderhoudt het contact met de CW, de competitieleiding voor de Bondscompetitie en met andere verenigingen.
   2. Teams communiceren via de CCP met de CW en de competitieleiding voor de bondscompetitie.
   Elke vereniging die uitkomt in de Jeugdcompetitie stelt een competitiecontactpersoon (CCP) aan.
2. Bij competitiewedstrijden waarvoor een referee is aangesteld, dient de thuisspelende vereniging een competitiefunctionaris aan te stellen. De competitiefunctionaris is namens de thuisspelende vereniging verantwoordelijk voor alle verplichtingen die de thuisspelende vereniging inzake de competitiewedstrijd heeft. De competitiefunctionaris onderhoudt namens de thuisspelende vereniging het contact met de referee. De CCP onderhoudt het contact met de CW, de competitieleiding voor de Jeugdcompetitie en met andere verenigingen.
3. Bij competitiewedstrijden waarbij Bondsscheidsrechters zijn aangesteld, dient de thuisspelende vereniging zorg te dragen voor voldoende personen die als lijnrechter kunnen fungeren. De referee of daarmee gelijk gestelde functionaris is belast met de aanstelling van de lijnrechters.
   Indien geen Bondsscheidsrechters zijn aangesteld, dient de thuisspelende vereniging ervoor zorg te dragen, dat voldoende scheidsrechters aanwezig zijn. Teams communiceren via de CCP met de CW en de competitieleiding voor de Jeugdcompetitie.

HOOFDSTUK V    TIJDENS DE COMPETITIE

1. 1. Een wedstrijd moet in zijn geheel worden gespeeld op de in het wedstrijdprogramma opgenomen datum, dan wel op de gewijzigde datum overeenkomstig artikel 14 of artikel 31.
   2. Bij afwijking van de vastgestelde datum zonder toestemming van de competitieleiding kan de CW de wedstrijd ongeldig verklaren en bepalen dat de wedstrijd moet worden overgespeeld.
2. Iedere wedstrijd wordt gerekend te zijn gespeeld op de speeldatum, indien de kleinst mogelijke meerderheid van de partijen meetellend voor de uitslag van de wedstrijd is gespeeld. Voor wedstrijden in alle categorieën zijn hiervoor minimaal drie spelers nodig.

1. Een wedstrijd dient te beginnen op de vastgestelde aanvangstijd.
2. Alle spelers die op het wedstrijdformulier voorkomen dienen op de vastgestelde aanvangstijd in de speelgelegenheid aanwezig te zijn.
3. Wedstrijden, die om welke reden dan ook zestig minuten na de vastgestelde aanvangstijd nog niet zijn begonnen, hoeven op die dag niet meer te worden gespeeld.
4. Ere- en Eerste divisie
   De thuisspelende vereniging is verplicht dertig minuten vóór aanvang van de wedstrijd shuttles van hetzelfde merk en type (zie Lijst Toegestane shuttles) in voldoende hoeveelheid beschikbaar te stellen aan de referee.

1. De thuisspelende vereniging dient ervoor zorg te dragen, dat de speelbaan/banen tenminste vijftien minuten vóór de vastgestelde aanvangstijd in gereedheid is/zijn gebracht, het schoonmaken van de baan/banen mede inbegrepen, en dat het uitspelende team tijdig toegang heeft tot de speellocatie. Er gelden specifieke bepalingen voor de Eredivisie (in artikel 52) en de Eerste divisie (in artikel 53).
2. De thuisspelende vereniging bepaalt op welke baan/banen de wedstrijd wordt gespeeld.
3. Indien voor een wedstrijd één baan beschikbaar is, dient zonder ophouden te worden doorgespeeld. Wel heeft een speler altijd recht op een rusttijd van vijftien minuten na een partij, zoals beschreven in artikel 42.

1. Alle partijen van een competitiewedstrijd dienen te worden gespeeld met shuttles van één merk en type welke staat vermeld op de Lijst Toegestane Shuttles. De thuisspelende vereniging dient ervoor te zorgen dat deze shuttles in voldoende mate beschikbaar zijn.
2. Toegestane shuttles
   In de Ere- t/m Vijfde divisie en in de mannendivisie Veer-1 dient verplicht met veren shuttles te worden gespeeld.
   In de Zesde en Zevende divisie en in de mannendivisie Veer-2 dient verplicht met veren of hybride shuttles te worden gespeeld.
   In de Achtste en Negende divisie en in de Mannendivisie Nylon dient verplicht met hybride of synthetische shuttles te worden gespeeld.In categorie A en categorie B-veren dienen veren shuttles uit tenminste shuttlecategorie C te worden gebruikt.
3. 1. In de Ere- en Eerste divisie dienen shuttles uit tenminste categorie A te worden gebruikt.
   2. In de Tweede t/m Vierde divisie dienen shuttles uit tenminste categorie B te worden gebruikt.
   3. In de Vijfde t/m Zevende divisie en de mannendivisies Veer-1 en Veer-2 dienen shuttles uit tenminste categorie C te worden gebruikt.
   4. In de Achtste en Negende divisie en de mannendivisie Nylon dienen shuttles uit tenminste categorie D te worden gebruikt.
   In de overige categorieën dienen hybride of synthetische shuttles uit tenminste shuttlecategorie D te worden gebruikt.

1. Een vereniging kan een speler die geen vastspeler is dan wel vastspeler van een lager team, opgeven als vastspeler van een (hoger) team, onder vermelding van de competitieweek waarop de opgave moet ingaan, met inachtneming van artikel 37 lid 1f4. Deze bepaling geldt niet voor teams in de Ere- en Eerste divisie (zie artikel 16 lid 2 en 3).
2. Een vastspeler van een team kan als vastspeler voor het naast lagere team worden opgegeven, indien hij tenminste drie maanden niet aan een wedstrijd van de competitie heeft deelgenomen. Dit geldt niet voor een vastspeler van een team in de Eredivisie na het begin van de tweede competitiehelft (zie artikel 16 lid 2).Een vastspeler van een team kan als vastspeler voor het naast lagere team binnen dezelfde leeftijdscategorie worden opgegeven, indien hij tenminste drie maanden niet aan een wedstrijd van de competitie heeft deelgenomen.
3. Een opgave volgens lid 1 of lid 2 dient uiterlijk 24 uur vóór aanvang van de desbetreffende competitiewedstrijd bij de competitieleiding te zijn ingekomen.

1. Een speler mag in één wedstrijdseizoen voor niet meer dan één vereniging in de Bondscompetitie en gelijklopende competities uitkomen, ook niet wanneer deze vereniging zich uit een van deze competities heeft teruggetrokken.Een speler mag per fase van de Jeugdcompetitie voor niet meer dan één vereniging in de Jeugdcompetitie en gelijklopende competities uitkomen, ook niet wanneer deze vereniging zich uit een van deze competities heeft teruggetrokken.
2. Een vastspeler van een team in de Eerste divisie of lager mag in de loop van de competitie uitkomen voor een ander team, mits voldaan is aan de invalregeling.Een vastspeler van een team in de Jeugdcompetitie mag in de loop van de competitie uitkomen voor een ander team, mits voldaan is aan de invalregeling.

1. 1. Voor het invallen wordt de competitiehiërarchie in artikel 6 gevolgd. Er mag alleen op een gelijk niveau of hoger worden ingevallen worden.
   2. Een speler mag niet invallen in een ander team dat in dezelfde afdeling speelt als het team waarvan hij vastspeler is.
   3. In de Eredivisie en de Eerste divisie mag onbeperkt worden ingevallen.
   4. In de overige divisies mag een speler niet vaker in een team invallen dan in de helft van het aantal door het betrokken team in die afdeling te spelen wedstrijden.
   5. In de mannendivisies mag één vrouw invallen voor een uitgevallen vrouw, of voor een man mits geen andere vrouw in de teamopstelling staat.
   6. Het toevoegen van nieuwe vastspelers in een team is in de laatste 4 speelrondes niet toegestaan.
   7. Alle partijen van een invaller die niet aan de bepalingen in dit artikel voldoen, worden met de maximale score verloren verklaard.
   8. Bij verplaatsing van een wedstrijd wordt de wedstrijd geacht te zijn gespeeld in de competitieweek waarin de wedstrijd daadwerkelijk is gespeeld.
   Voor het invallen wordt de competitiehiërarchie in artikel 6 gevolgd. Er mag alleen in een gelijke of hogere categorie worden ingevallen worden. In fase 2 mag een speler ook niet invallen in een lagere subcategorie van de zelfde categorie.
2. Aanvullende bepalingen Eredivisie tot en met Vierde divisie
   
   1. In de Ere- t/m de Vierde divisie is de invalranglijst van toepassing.
   2. Invallers in een team zijn alleen toegestaan als aan het volgende is voldaan, afzonderlijk voor zowel mannen als vrouwen:
      

      	-	De sterkste invaller in het team (d.w.z. hoogst geplaatst op de invalranglijst van alle invallers in het team in een wedstrijd) staat niet hoger op de invalranglijst zoals bedoeld in artikel 15 dan de sterkste niet-meespelende vastspeler;
      	-	De op-een-na sterkste invaller in het team staat niet hoger op de invalranglijst dan de op een na sterkste niet-meespelende vastspeler, enz.;
      	-	Indien er meer invallers dan niet-meespelende vastspelers zijn, mogen de resterende invallers niet hoger op de invalranglijst staan dan de laagst geplaatste vastspeler van het team.
      	-	Bij ongeval of ziekte na het begin van de wedstrijd mag in nog te spelen partijen de uitgevallen speler worden vervangen door een andere speler, met inachtneming van alle bepalingen omtrent gerechtigde spelers, mits de andere speler niet hoger op de invalranglijst staat dan de uitgevallen speler.

   3. Een vastspeler van een team mag in een wedstrijdseizoen in ten hoogste 4 competitieweken zowel voor zijn eigen team uitkomen als invallen in een ander team.
   4. In de laatste 4 speelrondes van een afdeling mag een vastspeler van een team niet uitkomen voor het team waarvan hij vastspeler is, indien de speler voorafgaande aan een wedstrijd meer invalbeurten heeft dan het aantal wedstrijden dat hij is uitgekomen voor zijn eigen team.
   Een speler mag niet invallen in een ander team dat in dezelfde afdeling speelt als het team waarvan hij vastspeler is.
3. Een vastspeler in de Jeugdcompetitie mag niet vaker in een team invallen dan in de helft van het aantal door het betrokken team in die afdeling te spelen wedstrijden.
4. DHet toevoegen van nieuwe vastspelers in een team is in de tweede competitiehelft van Fase 2 niet toegestaan.
5. Alle partijen van een invaller die niet aan de bepalingen in dit artikel voldoen, worden met de maximale score verloren verklaard.
6. Bij verplaatsing van een wedstrijd wordt de wedstrijd geacht te zijn gespeeld in de competitieweek waarin de wedstrijd daadwerkelijk is gespeeld.

1. Een speler mag in één competitieweek niet in twee verschillende teams spelen, tenzij het volgende lid van toepassing is.
2. Een speler mag in één competitieweek eenmaal invallen in een team waarvoor in de desbetreffende competitieweek één speelronde is vastgesteld; daarnaast mag hij in die competitieweek ook uitkomen voor het team waarvan hij vastspeler is.Een speler mag in één competitieweek eenmaal invallen in één team; daarnaast mag hij in die competitieweek ook uitkomen voor het team waarvan hij vastspeler is.
3. Indien een speler invalt in een team waarvoor in de desbetreffende competitieweek een dubbelweekend is vastgesteld, mag hij in die competitieweek eveneens invallen in de andere vastgestelde wedstrijd van dat team invallen in beide vastgestelde wedstrijden van dat team in die competitieweek.
4. Indien een geplande wedstrijd wordt verplaatst naar een andere datum geldt deze als nieuwe datum voor vaststelling voor van de bepaling dubbelweekend.
5. Een speler mag slechts dan uitkomen in meerdere wedstrijden van zijn vereniging wanneer de desbetreffende wedstrijden niet gelijktijdig worden gespeeld, d.w.z. de vastgestelde aanvangstijd van een volgende wedstrijd dient niet vóór de eindtijd van de voorgaande wedstrijd te liggen; bepalend voor de eindtijd is de opgave op het wedstrijdformulier.
6. Indien een speler binnen één competitieweek voor meer teams uitkomt dan toegestaan in dit artikel, bepaalt de volgorde van de wedstrijden binnen de competitieweek vanaf welke wedstrijd de partijen van de invaller met de maximale score verloren worden verklaard.

1. Vóór aanvang van de wedstrijd wisselen de teamleiders van de twee teams de opstelling voor alle partijen van de wedstrijd uit. Indien een referee is aangesteld, verloopt de uitwisseling via de referee.
2. De thuisspelende vereniging vult vóór aanvang de opstelling van alle partijen op het wedstrijdformulier in; van elke speler dienen voor elke partij de gegevens die op het formulier worden gevraagd te worden opgegeven zoals vermeld in de competitieapplicatie., dat bedoeld is voor de categorie waarin gespeeld wordt. Van elke speler dienen voornaam, achternaam en bondsnummer te worden opgegeven zoals vermeld in de competitie-applicatie.
3. Indien een speler en/of vereniging niet kan aantonen dat deze speelgerechtigd is, dient een door de speler en zijn teamleider ondertekende verklaring te worden opgesteld, waarin wordt vermeld dat de speler speelgerechtigd is. Indien legitimatie door middel van het tonen van een geldig legitimatiebewijs heeft kunnen plaatsvinden, dient dit in de verklaring te worden opgenomen.
4. De thuisspelende vereniging is verantwoordelijk is voor de volledigheid en de juistheid van de gegevens op het wedstrijdformulier. Het uitspelende team is medeverantwoordelijk voor de volledigheid en juistheid van de gegevens op het wedstrijdformulier. In geval van digitale registratie van de wedstrijd door een Bondsscheidsrechter of referee, vervalt deze bepaling.

1. De partijen van een wedstrijd worden gespeeld in de volgorde van het wedstrijdformulier, tenzij in aanvullende wedstrijdbepalingen of in onderling overleg een andere volgorde is vastgesteld.
2. Een wedstrijd in de Ere- t/m Negende divisiecategorie A dient als volgt gespeeld te worden:
   Mannendubbel
   Vrouwendubbel
   1e mannenenkel
   1e vrouwenenkel
   2e mannenenkel
   2e vrouwenenkel
   1e gemengd dubbel
   2e gemengd dubbel
3. Voor de Ere- en Eerst divisie geldt aanvullend op lid 2 dat de referee voor de enkelspelen en het gemengd dubbelspel, al dan niet op verzoek van één of beide teams, een andere volgorde kan vaststellen. Dit kan uitsluitend als in redelijkheid mag worden aangenomen dat dit de wedstrijdduur verkort. De referee dient dit uiterlijk een kwartier voorafgaand aan de betreffende partij aan beide teamleiders kenbaar te maken.Een wedstrijd in categorie B-veren, categorie B-nylon en categorie C dient als volgt gespeeld te worden:
   1e enkelspel
   4e dubbelspel
   2e enkelspel
   3e dubbelspel
   3e enkelspel
   2e dubbelspel
   4e enkelspel
   1e dubbelspel
4. Een wedstrijd in de Mannendivisies dient als volgt gespeeld te worden:
   1e mannendubbel
   2e mannendubbel
   1e mannenenkel
   2e mannenenkel
   3e mannenenkel
   4e mannenenkel
   3e mannendubbel
   4e mannendubbel Een wedstrijd in categorie D, categorie Goud en categorie Zilver dient als volgt gespeeld te worden:
   1e enkelspel
   3e dubbelspel
   2e enkelspel
   2e dubbelspel
   3e enkelspel
   1e dubbelspel
5. Een speler heeft recht op een rusttijd van vijftien minuten na een partij.

1. Bij ongeval of ziekte na aanvang van de wedstrijd mag van de in artikel 41 genoemde opstelling worden afgeweken. Dat wil zeggen in nog te spelen partijen mag de uitgevallen speler worden vervangen door een andere speler op het wedstrijdformulier, met inachtneming van alle bepalingen omtrent gerechtigde spelers. Er mag ook een invaller worden opgeroepen (rekening houdend met de bepalingen in artikel 37 t/m artikel 39), mits deze binnen 15 minuten op de speellocatie kan zijn.
2. Bij vervanging van een speler conform lid 1 mag de opstelling van de andere spelers op het wedstrijdformulier niet gewijzigd worden.

1. Na de wedstrijd dient het wedstrijdformulier door de teamleiders van beide partijen en door een eventuele referee te worden ondertekend. In geval van digitale registratie van de wedstrijd door een Bondsscheidsrechter of referee, vervalt deze bepaling.Na de wedstrijd dient het wedstrijdformulier door de teamleiders van beide partijen en door een eventuele referee te worden ondertekend.
2. Indien het thuisspelende team niet aanwezig is, dient de competitiecontactpersoon van de uitspelende vereniging dit te melden aan de competitieleiding.Indien het thuisspelende team niet aanwezig is, dient de competitiecontactpersoon van de uitspelende vereniging dit te melden aan de CW.
3. Een (digitale) kopie van het wedstrijdformulier, eventueel inclusief aantekeningen m.b.t. het aanhangig maken van overtredingen, dient aan de teamleider van het uitspelende team te worden overhandigd. Het originele wedstrijdformulier en de kopie dienen door de thuisspelende vereniging, resp. de uitspelende vereniging te worden bewaard tot aan het einde van het wedstrijdseizoen. In geval van digitale registratie van de wedstrijd door een scheidsrechter of referee, vervalt deze bepaling.Een (digitaal) kopie van het wedstrijdformulier, eventueel inclusief aantekeningen m.b.t. het aanhangig maken van overtredingen, dient aan de teamleider van het uitspelende team te worden overhandigd. Het originele wedstrijdformulier en de kopie dienen door de thuisspelende vereniging resp. de uitspelende vereniging te worden bewaard tot aan het einde van het wedstrijdseizoen.
4. De thuisspelende vereniging dient het formulier in te voeren en te versturen door middel van de competitieapplicatie vóór het hieronder genoemde tijdstip. In geval van digitale registratie van de wedstrijd door een scheidsrechter of referee, vervalt deze bepaling.De thuisspelende vereniging dient het wedstrijdformulier in te voeren en te versturen door middel van de competitie-applicatie vóór het hieronder genoemde tijdstip.
5. Het ingevoerde formulier van de in het weekend gespeelde wedstrijden dient uiterlijk op zondagavond na de wedstrijd vóór 20.30 uur te worden verstuurd. Het ingevoerde formulier van de wedstrijden op doordeweekse dagen dient uiterlijk 24 uur na afloop van de wedstrijd te worden verstuurd.
6. De uitspelende vereniging controleert in de aansluitende week of het wedstrijdformulier correct is ingevoerd, zodat zo snel mogelijk actie kan worden ondernomen bij onjuistheden. Indien het ingevoerde wedstrijdformulier niet correct is, dient een elektronische kopie van het originele wedstrijdformulier te worden gestuurd naar competitie@badminton.nl en zal de competitieleiding het wedstrijdformulier in de competitie-applicatie waar nodig corrigeren.De uitspelende vereniging controleert in de aansluitende week of het wedstrijdformulier correct is ingevuld, zodat zo snel mogelijk actie kan worden ondernomen bij onjuistheden. Indien het wedstrijdformulier niet correct is ingevoerd, dient een elektronische kopie van het originele wedstrijdformulier te worden gestuurd naar jeugdcompetitie@badminton.nl en zal de competitieleiding het wedstrijdformulier in de competitie-applicatie waar nodig corrigeren.
7. Indien mogelijk sprake is van een overtreding kunnen de CW en de competitieleiding tot het einde van het wedstrijdseizoen (een elektronische kopie van) het originele wedstrijdformulier opvragen bij zowel de thuisspelende als de uitspelende vereniging.

1. Een team is verplicht om met voldoende spelers op te komen om alle partijen van een wedstrijd met speelgerechtigde spelers te kunnen spelen. Anders wordt het team beschouwd als onvolledig te zijn opgekomen.
2. Een partij wordt geacht te zijn doorgegaan indien:
   - alle spelers speelgerechtigd zijn voor de partij én
   - de partij werkelijk en volledig is gespeeld of indien reglementair een uitslag van de partij is vastgesteld.
3. 1. Indien door welke oorzaak dan ook minder dan de kleinst mogelijke meerderheid van de partijen kan worden gespeeld, wordt de wedstrijd beschouwd als niet te zijn doorgegaan en wordt afgehandeld conform artikel 48.
   2. Anders zijn bij onvolledig opkomen de laagst geplaatste partijen met de maximale score verloren door het team dat onvolledig opkomt. Anders zijn bij onvolledig opkomen de laagst geplaatste partijen met de maximale score verloren door het team dat onvolledig opkomt. Bij categorie A zijn dat een dubbelspel, een 2e enkelspel en het 2e gemengd dubbel. Bij categorie B en categorie C zijn dat het 4e enkelspel en het 4e dubbelspel. Bij categorie D, categorie Goud en categorie Zilver zijn dat het 3e enkelspel en het 3e dubbelspel.
   3. Indien echter voor een partij de spelers van beide teams niet zijn opgekomen, wordt deze partij geacht niet te zijn doorgegaan en wordt gehandeld conform artikel 48.
4. 1. Indien bij ongeval of ziekte na aanvang van een wedstrijd, eventueel na toepassing van artikel 43, een partij niet kan worden gespeeld, is de partij met de maximale score verloren voor het team dat niet kan spelen.
   2. Indien echter hierdoor voor een partij de spelers van beide teams niet kunnen spelen, wordt deze partij geacht niet te zijn doorgegaan en wordt gehandeld conform artikel 47.
   3. Indien na aanvang van een partij een team de partij opgeeft, wordt de stand van de partij op dat moment genoteerd. De competitieleiding zal de uitslag aanpassen naar de maximale score.
5. 1. Indien na aanvang van een partij een team de partij opgeeft, wordt de uitslag van de partij bepaald alsof het andere team vanaf het moment van opgave de voor winst in de partij benodigde punten heeft behaald.
   2. Indien in de Eredivisie en in de Eerste divisie een speler na aanvang van de wedstrijd een partij opgeeft, mag de speler op dezelfde dag niet meer in andere partijen van de Bondscompetitie uitkomen.
6. In geval van een onvolledig team worden de hoogst geplaatste partijen gespeeld en vallen de laagste af.

1. Indien niet alle partijen van een wedstrijd op de vastgestelde speeldatum zijn doorgegaan, dient hiervan, onder vermelding van reden, mededeling te worden gedaan naar de competitieleiding. De CW beslist binnen 14 dagen over het al of niet voortzetten van de wedstrijd.
2. Bij de toegestane voortzetting wordt de opstelling zoals bedoeld in artikel 41 gehandhaafd, rekening houdend met het bepaalde in artikel 43.
3. Indien een partij moet worden voortgezet, wordt de partij hervat bij de stand waarop de partij werd afgebroken.

1. De kosten verbonden aan het alsnog spelen, het overspelen of het uitspelen van een wedstrijd zijn voor rekening van de daarvoor verantwoordelijke vereniging, een en ander ter beoordeling van de CW.
2. De kosten van opnieuw te spelen wedstrijden die wegens gegronde reden zijn afgebroken of niet gespeeld zijn (bijvoorbeeld wegens natuur- en/of weersomstandigheden) kunnen niet verhaald worden op de tegenpartij, een en ander ter beoordeling van de CW.

HOOFDSTUK VI    AANVULLENDE BEPALINGEN ERE- EN EERSTE DIVISIE

Artikel 50: Aanvang wedstrijd en partijen

1. De thuisspelende vereniging is verplicht dertig minuten vóór aanvang van de wedstrijd shuttles van hetzelfde merk en type (zie UR Toegestane shuttles) in voldoende hoeveelheid beschikbaar te stellen aan de referee.
2. Uiterlijk dertig minuten vóór de officiële aanvangstijd van de wedstrijd dient de teamleider de opstelling van zijn team en de bijbehorende spelerslegitimaties aan de referee te overhandigen.
3. 1. Voor de Eredivisie geldt de line-up als het begin van de wedstrijd; de line-up start 10 minuten vóór de officiële aanvangstijd. Alle spelers op het wedstrijdformulier moeten deel uitmaken van de line-up.
   2. Voor de Eerste divisie betekent dit dat alle spelers zich op de officiële aanvangstijd van de wedstrijd in de nabijheid van de wedstrijdbanen moeten bevinden, zodanig dat de referee kan controleren dat alle opgestelde spelers ook daadwerkelijk aanwezig zijn.
4. Binnen vijf minuten na afloop van een partij dient op dezelfde baan, met inachtneming van de vastgestelde partijvolgorde, de volgende partij te zijn begonnen. Indien op basis van artikel 42 lid 5 een pauze is toegestaan, dient de eerstvolgende partij binnen 20 minuten na afloop van de voorafgaande partij te zijn begonnen.
   Het inspelen en eventueel testen van shuttles dient op een inspeelbaan te geschieden. Indien deze niet aanwezig is, mag dit op de speelbaan geschieden, met dien verstande dat de eerste service van de partij binnen vijf resp. twintig minuten na afloop van de voorafgaande partij moet zijn geslagen.

Artikel 51: Reclame-uitingen

1. Reclameborden bij wedstrijden in de Bondscompetitie, daarbij inbegrepen beslissingswedstrijden en play-offs, dienen:
   1. 150 centimeter lang en 70 centimeter hoog te zijn;
   2. te voldoen aan de BWF-regels, zie “General Competition Regulations”, artikel 18.
2. De thuisspelende vereniging is verplicht de bezoekende vereniging in de gelegenheid te stellen acht reclameborden (vier per speelbaan, c.q. één per zijlijn/achterlijn) te plaatsen, met dien verstande dat:
   1. de thuisspelende vereniging reclameborden kan weigeren die concurrerend zijn met de eigen hoofd-/materiaal-/shirtsponsor;
   2. de thuisspelende vereniging de plaats van de reclameborden bepaalt;
   3. de bezoekende vereniging uiterlijk 48 uur vóór aanvang van de wedstrijd aan de thuisspelende vereniging opgave doet van aantal, opschrift en branche van de reclameborden, onder het voorbehoud dat landelijke tv-uitzending dit mogelijk maakt;
   4. de reclameborden bij landelijke tv-uitzendingen geen telefoonnummer mogen tonen, maar wel een e-mailadres.
3. De thuisspelende vereniging is verplicht de reclame-uitingen (waarbij te denken valt aan reclameborden maar niet uitsluitend), die voortvloeien uit het met een sponsor van de Eredivisie afgesloten overeenkomst, bij elke thuiswedstrijd te plaatsen op de aangegeven plaats(en), tenzij aangetoond kan worden dat de huurvoorwaarden van de zaalverhuurder dit verbieden.
4. Wedstrijd met landelijke tv-uitzending
   Bij een wedstrijd met landelijke tv-uitzending vervalt het onder lid 2 beschreven recht tot het plaatsen van reclameborden voor zowel de uit- als thuisspelende vereniging.
   1. In dat geval liggen de commerciële rechten bij Badminton Nederland, waarbij aan de verenigingen die aan de wedstrijd deelnemen het recht wordt gegeven in ieder geval één reclamebord per lijn te plaatsen. Dit reclamebord kan worden geplaatst op de zogenaamde A-, B- of C-lijn (zie diagram na dit artikel): De plaatsing op de A-, B- en C-lijnen van een of meerdere reclameborden van een aan de wedstrijd deelnemende vereniging zal gaan tegen marktconforme prijzen. De aan de play-off wedstrijd deelnemende verenigingen dienen uiterlijk 10 dagen voor de desbetreffende wedstrijd aan te geven dat zij tegen betaling de onder lid b genoemde een of meerdere reclameborden willen plaatsen.
   2. Badminton Nederland heeft het recht de overige ruimte langs de A-, B- en C lijnen met reclameborden tegen marktconforme prijzen te vullen. Een of meerdere reclameborden van de sponsor van de Eredivisie worden kosteloos geplaatst (zie diagram na dit artikel)
   3. Indien Badminton Nederland niet alle ruimte opvult met reclameborden, zoals beschreven onder lid c, kunnen de aan de wedstrijd deelnemende verenigingen tegen betaling extra posities op de A-, B- of C-lijnen afnemen.
   4. De organiserende vereniging en de sponsor van de Eredivisie hebben ieder het echt kosteloos twee reclameborden op de D-lijn (zie diagram na dit artikel) te plaatsen.
   5. Indien niet alle voor reclameborden beschikbare plaatsen op de A-, B-, C- en D lijnen zijn gevuld op grond van de punten b t/m e, kan Badminton Nederland kosteloos de open plaatsen opvullen met borden met het logo van Badminton Nederland.
   6. De M-lijn (zie diagram na dit artikel) wordt om en om gevuld met reclameborden van de naamsponsor van de Eredivisie en borden met het logo van Badminton Nederland.
   7. Badminton Nederland heeft het recht om op advies van de sponsor van de Eredivisie reclameborden te weigeren indien deze uitingen bevatten die concurrerend zijn met het producten- en dienstenaanbod van de sponsor van de Eredivisie.

Artikel 52: Specifieke bepalingen Eredivisie

Organisatie wedstrijd

1. De thuisspelende vereniging stelt voor het organiseren van de wedstrijd een competitiefunctionaris aan. De competitiefunctionaris onderhoudt tevens het contact met de referee. De referee voert de opstellingen en uitslagen van de wedstrijd in de competitieapplicatie in.

Inrichting speelzaal

2. De thuisspelende vereniging is verplicht ervoor zorg te dragen dat:
   1. dertig minuten vóór de officiële aanvangstijd van de Eredivisiewedstrijd minimaal twee speelbanen speelklaar en voor de spelers beschikbaar zijn;
   2. er bij voorkeur gedurende de Eredivisiewedstrijd geen andere wedstrijden in de hal worden gespeeld; indien dit niet haalbaar is, moet de Eredivisiewedstrijd worden gespeeld in een afgezonderd gedeelte van de sporthal, waarbij bij voorkeur op de aangrenzende banen geen wedstrijden worden gespeeld;
   3. op elke speelbaan aanwezig is:
      - één scheidsrechtersstoel, conform de voorschriften zoals vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Accommodatievoorschriften,
      - twee lijnrechtersstoelen,
      - één scoresysteem,
      - vier kledingmandjes,
      - één shuttlemandje,
      - vier coachstoelen,
      - twee mops;
   4. er een voor dopingcontroles ingerichte ruimte is die voor de dopingcontroleur beschikbaar is;
   5. er een behandelruimte met massagetafel voor de teams beschikbaar is;
   6. in de naaste omgeving van de wedstrijdbanen een tafel en twee stoelen t.b.v. de wedstrijdfunctionarissen zijn geplaatst.
      Op de tafel moet een laptop of tablet met internetverbinding zijn geplaatst, waarmee de referee de opstellingen en uitslagen in de competitieapplicatie invoert.
   7. Iedere vereniging zorgt voor een livestream van de thuiswedstrijden. De link van de livestream wordt uiterlijk op de woensdag voor de wedstrijd gecommuniceerd naar Badminton Nederland.
3. De coachstoelen mogen in overleg met de referee op een andere dan de daartoe aangewezen plek worden geplaatst.
4. Bij wedstrijden met landelijke tv-uitzending zal Badminton Nederland de lay-out van de wedstrijdbanen verzorgen.

Beschikbaar te stellen Functionarissen
5. De CW stelt per wedstrijd de volgende officials aan:
   1. één referee,
   2. twee Bondsscheidsrechters.
6. De thuisspelende vereniging zorgt voor een poule van minimaal vier ervaren lijnrechters van tenminste 16 jaar oud. Voor de finale en voor promotie/degradatiewedstrijden stelt Badminton Nederland lijnrechters aan.
7. De thuisspelende vereniging zorgt voor een paramedische begeleider van minimaal fysiotherapeutniveau. In geval van calamiteiten bij een speler neemt deze paramedische begeleider contact op met de persoonlijke begeleider van de desbetreffende speler.

PR en Promotie
8. Vóór aanvang van de competitie dient door de deelnemende verenigingen een persbericht te worden opgesteld, waarin o.a. dient te worden opgenomen:
   - wedstrijdschema eigen team;
   - algemene voorbeschouwing van de competitie;
   - uitvoerige informatie over de spelers, trainer en coach.
   Dit persbericht dient uiterlijk twee weken vóór aanvang van de competitie digitaal op het bondsbureau in te komen, ten behoeve van de landelijke verspreiding en opname op de internetsite van Badminton Nederland. De deelnemende verenigingen dragen zelf zorg voor lokale en regionale verspreiding van dit persbericht.
9. De verenigingen dienen twee weken vóór aanvang van de competitie de namen van de spelers die in redelijkheid in het team opgesteld kunnen worden (incl. reservespelers) aan de CW bekend te maken. De CW zorgt ervoor dat uniforme naamborden worden gemaakt en tijdig aan de desbetreffende verenigingen worden toegezonden. Indien tussentijds een speler wordt toegevoegd, dan dient de vereniging zo spoedig mogelijk de naam door te geven aan de CW.
10. Het verdient aanbeveling dat vóór aanvang van een wedstrijd door de thuisspelende vereniging een informatiebulletin wordt verstrekt aan de toeschouwers, met o.a.
    - actuele stand van de Eredivisie;
    - gegevens over spelers en begeleiders van beide teams;
    - namen van aangestelde wedstrijdfunctionarissen;
    - algemene gegevens over sponsoren van de beide clubs.
11. Het bezoekende team dient vóór aanvang van de wedstrijd de naamborden van alle spelers in de teamopstelling van het team te overhandigen aan de competitiefunctionaris van de thuisspelende vereniging.
12. Het verdient aanbeveling dat de thuisspelende vereniging de opstellingen, uitslagen en tussenstanden publiceert op een centraal opgesteld bord.
13. Tien minuten vóór het officiële aanvangstijdstip van de wedstrijd dienen de spelers, managers, coaches en fysiotherapeuten en de wedstrijdfunctionarissen door een speaker aan het publiek te worden voorgesteld. In uitzonderlijke gevallen kan de referee besluiten, na overleg met de teamleiders, van het voorstellen af te zien; hij maakt hiervan melding in het refereerapport.
    Bij voorkeur houdt de speaker gedurende de wedstrijd het publiek op de hoogte van het resultaat van een beëindigde partij, kondigt de volgende partij en de spelers aan en informeert het publiek over de tussenstanden in de andere wedstrijden.
14. Bij elke partij dient de thuisspelende vereniging er zorg voor te dragen dat op de desbetreffende speelbaan wordt aangegeven welke spelers de partij spelen.
15. De thuisspelende vereniging dient direct na afloop van een wedstrijd de uitslag aan Teletekst (Infostrada) door te geven. Contactgegevens Infostrada: telefoon: 0800- 7378587 (gratis).

Prijzengeld
16. Het bestuur van Badminton Nederland stelt vóór 1 augustus het prijzengeld vast. Het definitieve bedrag wordt in de Officiële Mededelingen gepubliceerd.
    Het prijzengeld wordt als volgt over de Eredivisieverenigingen verdeeld:
    - Kampioen: 30%
    - Verliezend finalist: 17,5%
    - Nummer 3 eindrangschikking: 15%
    - Nummer 4 eindrangschikking: 12,5%
    - Nummer 5 eindrangschikking: 10%
    - Nummer 6 eindrangschikking: 10%
    - Nummer 7 eindrangschikking: 5%
    - Nummer 8 eindrangschikking: 0%

Artikel 53: Specifieke bepalingen Eerste divisie

Organisatie wedstrijd
De thuisspelende vereniging stelt een competitiefunctionaris aan, dit mag eventueel de aanvoerder van het thuisspelende team zijn; de competitiefunctionaris onderhoudt tevens het contact met de referee.

Inrichting speelzaal
1. De thuisspelende vereniging is verplicht ervoor zorg te dragen dat:
   1. dertig minuten vóór de officiële aanvangstijd van de Eerste divisiewedstrijd minimaal twee speelbanen speelklaar voor de spelers beschikbaar zijn;
   2. op elke speelbaan aanwezig is:
      - één scheidsrechtersstoel, conform de voorschriften zoals vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Accommodatievoorschriften, - twee lijnrechtersstoelen,
      - één scoresysteem,
      - vier kledingmandjes,
      - één shuttlemandje,
      - tenminste twee maar bij voorkeur vier coachstoelen,
      - twee mops;
   3. er een voor dopingcontroles ingerichte ruimte is die voor de dopingcontroleur beschikbaar is;
   4. in de naaste omgeving van de wedstrijdbanen een tafel en twee stoelen t.b.v. de wedstrijdfunctionarissen zijn geplaatst;
   5. de wedstrijdfunctionarissen gedurende de wedstrijd kunnen beschikken over een gratis internetverbinding.
2. De coachstoelen mogen in overleg met de referee op een andere dan de daartoe aangewezen plek worden geplaatst.

Beschikbaar te stellen functionarissen

3. De CW stelt per wedstrijd twee Bondsscheidsrechters aan, waarvan één tevens als referee functioneert.
4. De thuisspelende vereniging dient voor iedere partij twee lijnrechters beschikbaar te stellen.

1. Onmiddellijk na afloop van een wedstrijd laat de referee de teamleiders van beide teams het refereerapport voor gezien tekenen.
2. Overtredingen van de in dit hoofdstuk beschreven aanvullende bepalingen worden afgehandeld conform de bepalingen van het CR en het Tuchtreglement.
3. Als een administratief verzuim, zoals bedoeld in Hoofdstuk XII artikel 40 van het Tuchtreglement, wordt aangemerkt het niet voldoen aan onder andere de verplichtingen volgens:
   - artikel 52 lid 8 (verspreiding informatie 2 weken vóór aanvang van de competitie),
   - artikel 52.lid 9 (aanlevering spelersnamen 2 weken vóór aanvang van de competitie),
   - artikel 52 lid 15 (doorgeven uitslag Teletekst).

HOOFDSTUK VII    RESULTATEN EN KAMPIOENSCHAP

1. Per afdeling wordt een ranglijst opgemaakt van de in de afdeling ingedeelde teams;
   op deze ranglijst worden teams die van verdere deelneming aan de competitie zijn uitgesloten niet opgenomen.
2. 1. Plaats 1 op de ranglijst wordt ingenomen door het team dat alle wedstrijden in de afdeling heeft gewonnen; de andere teams nemen de overige plaatsen in op de ranglijst, opgemaakt voor deze teams volgens lid 3.
   2. Als in een afdeling geen team alle wedstrijden heeft gewonnen, wordt de ranglijst voor alle teams in de afdeling opgemaakt volgens lid 3.
3. De ranglijst wordt opgemaakt op grond van het aantal behaalde wedstrijdpunten. Wanneer twee of meer teams hetzelfde aantal wedstrijdpunten hebben behaald, dan gelden achtereenvolgens:
   Eredivisie
   - het aantal wedstrijdpunten met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams;
   - het saldo van de games met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams.
   - saldo van de gescoorde punten met betrekking tot de onderlinge wedstrijd(en) tussen gelijkstaande deelnemers
   - loting
   Overige divisies
   - het aantal wedstrijdpunten met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams;
   - het saldo van de games met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams.
   Indien daarna nog twee of meer teams gelijk eindigen en de stand is beslissend voor het kampioenschap, promotie of degradatie, dan wordt (worden) een (er) beslissingswedstrijd(en) gespeeld tussen de gelijk geëindigde teams. - het aantal wedstrijdpunten met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams;
   - het saldo van de games met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams;
   - het saldo van de gescoorde punten met betrekking tot de onderlinge wedstrijden tussen de gelijkstaande teams.
   Indien daarna nog twee of meer teams gelijk eindigen en de stand is beslissend voor kampioenschap of herindeling van de afdeling(en), dan wordt (worden) er (een) beslissingswedstrijd(en) gespeeld tussen de gelijk geëindigde teams.

1. DEen vereniging is verplicht aan beslissingswedstrijden deel te nemen.
2. Bij een beslissingswedstrijd wordt een wedstrijd gewonnen door het team, dat meer dan de helft van de partijen heeft gewonnen. Bij een gelijk aantal gewonnen partijen gelden achtereenvolgens: het hoogste aantal gewonnen games, saldo van de gescoorde punten. Wordt er in een poulesysteem (een systeem van wedstrijden waarin een aantal verenigingen één of meerdere malen tegen alle desbetreffende teams spelen) gespeeld, dan gelden achtereenvolgens: wedstrijdpunten, saldo van de games, saldo van de gescoorde punten.
3. In de promotie-degradatieregeling (Hoofdstuk VIII) wordt bepaald hoe beslissingswedstrijden tussen divisies zullen worden gespeeld.De eventueel te maken kosten van beslissingswedstrijden zijn voor rekening van Badminton Nederland, tenzij sprake is van een best-of-two serie (thuis- en uitwedstrijd).
4. De eventueel te maken kosten van beslissingswedstrijden zijn voor rekening van Badminton Nederland, tenzij sprake is van een best-of-two serie (thuis- en uitwedstrijd).

1. De CW maakt uiterlijk vóór het begin van de Bondscompetitie bekend voor welke divisies in het desbetreffende wedstrijdseizoen nationale kampioenschappen voor competitieteams worden georganiseerd. Aan deze kampioenschappen nemen deel alle kampioenen van de afdelingen in de desbetreffende divisie.De CW maakt uiterlijk vóór het begin van Fase 2 van de Jeugdcompetitie bekend voor welke categorieën nationale kampioenschappen voor jeugdcompetitieteams worden georganiseerd. Aan deze kampioenschappen nemen deel alle kampioenen van de afdelingen in de desbetreffende categorieën.
2. DKampioenen zoals bedoeld in artikel 59 lid 3 zijn verplicht om deel te nemen aan de Nationale Kampioenschappen voor Competitieteams.Afdelingskampioenen zoals bedoeld in artikel 59 zijn verplicht om deel te nemen aan de Nationale Kampioenschappen voor Competitieteams.
3. 1. Een vereniging kan ontheffing krijgen van de verplichting tot deelname door middel van een verzoek aan de CW. Dit verzoek dient uiterlijk 1 week nadat het kampioenschap door de CW aan de desbetreffende vereniging is bevestigd bij de CW te zijn ontvangen.
   2. De CW bevestigt de ontheffing binnen 2 weken.

1. Als door onderbreking tijdens de competitie of het voortijdig beëindigen van de competitie niet alle speelronden van de competitie kunnen worden gespeeld, dan zal het bondsbestuur, na de CW te hebben gehoord, een besluit nemen.
2. De volgorde van de teams in de eindstand wordt bepaald door:
   - het team dat alle gespeelde wedstrijden heeft gewonnen is kampioen;
   - bij gelijke plaats het quotiënt van het totaal aantal wedstrijdpunten en het aantal gespeelde competitiewedstrijden;
   - bij gelijk quotiënt: het percentage gewonnen games;
   - anders: het lot.
3. Het Bondsbestuur kan bij onvoorziene omstandigheden besluiten om het seizoen nietig te verklaren en geen promotie/degradatie laten plaatsvinden.

HOOFDSTUK VIII    PROMOTIE-DEGRADATIE REGELING

HOOFDSTUK IX    WEDSTRIJDFUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK X    PROCEDURE AFGELASTINGEN

1. Er zijn (weers)omstandigheden denkbaar op basis waarvan kan worden besloten tot gehele of gedeeltelijke afgelasting. Hierbij valt te denken aan zeer zware storm, ijzel of mist. In deze omstandigheden wordt door het KNMI via radio/televisie en internet een waarschuwing afgegeven om alleen indien noodzakelijk de weg op te gaan.
2. In het algemeen kan tot afgelasting worden overgegaan wanneer het niet verantwoord is om de weg op te gaan, hetzij landelijk, hetzij in een bepaalde regio. Specifieke redenen tot afgelastingen kunnen zijn:
   - Landelijk of regionaal weeralarm door KNMI, of aankondiging van extreem weer of gevaarlijk weer (kleur rood of oranje);
   - Dreiging of uitvoering van een terroristische aanval in Nederland waardoor wegen worden afgezet c.q. eveneens wordt geadviseerd thuis te blijven.
   - Andere door de overheid via media kenbaar gemaakte waarschuwingen om zoveel mogelijk thuis te blijven (bijv. overstroming).

HOOFDSTUK XI    OVERTREDINGEN EN ADMINISTRATIEVE VERZUIMEN

1. Overtredingen van dit reglement worden afgehandeld overeenkomstig de bepalingen van het Tuchtreglement.
2. Ter zake van eenzelfde overtreding kan naast een administratieve maatregel ook een tuchtrechtelijke straf worden opgelegd en omgekeerd.

1. Elke handelen of nalaten dat een schending oplevert van een bepaling in dit reglement of de aanvullende wedstrijdbepalingen kan als een overtreding, als bedoeld in Hoofdstuk III artikel 12 van het Tuchtreglement, worden aangemerkt.
2. Het wordt onder meer als een overtreding, als bedoeld in Hoofdstuk III artikel 12 van het Tuchtreglement, aangemerkt:
   1. indien een vereniging een speler in een partij laat uitkomen, die hiertoe niet is gerechtigd;
   2. indien een vereniging een speler onder een valse naam of identiteit laat spelen;
   3. indien een speler zich tijdens een competitiewedstrijd schuldig maakt aan wangedrag;
   4. indien een team van een vereniging niet opkomt, als omschreven in artikel 46 en artikel 48;
   5. indien een vereniging in de opgaven voorgeschreven in de artikelen 22, 29, 44, 47 en 48 onjuiste gegevens verstrekt.

HOOFDSTUK XII    PROTEST EN BEROEP

1. 1. Verenigingen, die aan een competitie deelnemen, kunnen tegen beslissingen van de competitieleiding en de CW, genomen op grond van het competitiereglement, protest aantekenen bij de CW.
   2. Referees, Bondsscheidsrechters en andere functionarissen kunnen tegen beslissingen van de CW, genomen op grond van artikel 69, protest aantekenen bij de CW.
2. Een protest wordt alleen in behandeling genomen indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
   1. het protest dient te zijn ingekomen op het Bondsbureau uiterlijk 1 week na ontvangst van de beslissing; wanneer de beslissing uitsluitend in een Officiële Mededeling is gepubliceerd, geldt de dag, volgend op de datum van dagtekening als de dag waarop de beslissing is meegedeeld;
   2. het protest moet met redenen zijn omkleed;
   3. het protest wordt eerst in behandeling genomen na ontvangst van een bedrag van € 15.-. Indien het protest geheel of gedeeltelijk gegrond wordt verklaard, vindt terugbetaling van het bedrag plaats. Indien het bedrag niet binnen 2 weken na het verstrijken van de protesttermijn is ontvangen, is het protest niet ontvankelijk.

1. het beroep dient te zijn ingekomen op het Bondsbureau uiterlijk 1 week na de uitspraak van de CW;
2. het beroep moet met redenen zijn omkleed;
3. het beroep wordt eerst in behandeling genomen na ontvangst van een bedrag van € 50.-. Indien het beroep geheel of gedeeltelijk gegrond wordt verklaard, vindt terugbetaling van het bedrag plaats. Indien het bedrag niet binnen 14 dagen na het verstrijken van de beroepstermijn is ontvangen, is het beroep niet ontvankelijk.

HOOFDSTUK XIII    DISPENSATIES

1. De CW is bevoegd een vereniging op haar verzoek van de navolgende artikelen van dit reglement dispensatie te verlenen:
   

   Hoofdstuk II	artikel 9	(uit- en thuiswedstrijden)
   Hoofdstuk III	artikel 16 lid 2	(gerechtigde spelers Eredivisie)
   Hoofdstuk III	artikel 16 lid 3	(gerechtigde spelers)
   	artikel 18 lid 1	(verandering van vereniging)
   Hoofdstuk IV	artikel 23 lid 3	(samenstelling teams)
   	artikel 25	(uitspelen competitie)
   	artikel 26	(accommodatievoorschriften)
   	artikel 27	(speeldagen en speeltijden)
   Hoofdstuk V	artikel 30	(speeldatum)
   	artikel 48	(niet-gespeelde wedstrijden)
   Hoofdstuk VII	artikel 58 lid 1	(deelname beslissingswedstrijden)
   	artikel 61 lid 2	(deelname kampioenswedstrijden)

2. De CW is bevoegd een vereniging op haar verzoek dispensatie te verlenen op artikelen van de aanvullende wedstrijdbepalingen, indien het artikel in de desbetreffende aanvullende wedstrijdbepaling als een dispensatie-artikel is gekenmerkt.
3. Een dispensatie wordt per fase van de Jeugdcompetitie gegeven. Als voor Fase 1 dispensatie wordt aangevraagd, dan zal de CW tijdens de herindelingsperiode tussen Fase 1 en Fase 2 beoordelen of de dispensatie nog van kracht kan zijn tijdens Fase 2.

HOOFDSTUK XIV    SLOTBEPALINGEN

1. In gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, beslist het bondsbestuur na de CW te hebben gehoord overeenkomstig de Statuten.
2. De Reglementscommissie adviseert inzake de uitleg van de artikelen van dit reglement, overeenkomstig de Statuten.

BIJLAGE I    AANGEPAST SPEELVELD

Aangepast speelveld voor het enkelspel in categorie Zilver.

Aangepast speelveld voor het dubbelspel in categorie Zilver.